Blog: Verslag van de ledenbijeenkomst van de Wurkgroep Maritime Skiednis op 18 oktober 2025 in het Skûtsjemuseum in Earnewâld
In dit artikel:
Veertien leden woonden een themabijeenkomst bij over het bekende Friese scheepstype skûtsje, geopend door voorzitter Jan Auke Walburg. Hij informeerde over de werkzaamheden van de Werkgroep, veranderingen bij de Fryske Akademy (waaronder een nieuwe website met symposiumverslagen) en de wens om de Friese maritieme geschiedenis breder te verspreiden. Het volgende symposium staat gepland voor vrijdag 27 maart 2026 en behandelt het dagelijks leven aan boord van schepen.
Na de pauze gaf scheepsbouwer Johan Prins een diepgaande, bouwtechnische presentatie over de historische beurtschip AEbelina (ook Dorp Grouw genoemd) en de geschiedenis van beurtvaart. In tegenstelling tot skûtsjes werd op beurtschepen niet gewoond. De originele AEbelina werd in 1861 gebouwd door Eeltje Holtrop van der Zee in Joure en vergaarde zoveel prijzen dat zij op zekere hoogte werd uitgesloten van wedstrijden. Prins reconstrueerde bij het Skûtsjemuseum een houten replica zonder volledige bouwtekeningen: hij gebruikte bewaarde werfboeken, enkele foto’s en een gedigitaliseerde tekening van een vergelijkbaar schip uit Het Scheepvaartmuseum. Voor de bouw werden eiken stammen uit onder andere landgoed Twickel en Kroondomein Het Loo gebruikt; het grootzeil kwam van de Groene Draeck. Het herstel- en bouwproject duurde ruim vier jaar als werkervaringsproject, de tewaterlating in 2009 trok veel publiek en de AEbelina is sindsdien inzetbaar voor vaartochten. De hoge snelheid van het schip wordt toegeschreven aan het oorspronkelijk compromisloze ontwerp ‘op de koop’.
Oprichter Age Veldboom verzorgde vervolgens op karakteristieke wijze een muzikale rondleiding door het Skûtsjemuseum. Het museum belicht zowel het vroegere leven van zeilschippers als de hedendaagse skûtsjewedstrijden (SKS en IFKS), en toont oude ambachten zoals smederij en zeilmaken. Honderden onderdelen en gereedschappen zijn in historische werkplaatsen te zien; het museum draait op ongeveer 50 vrijwilligers en vervult ook een belangrijke sociale rol. De bijeenkomst eindigde met een bezichtiging van de AEbelina en een borrel.
Aangeleverd door Johan Steendam, coördinator Publieksactiviteiten bij Tresoar, Leeuwarden.