Gegijzelde Filipijnse bemanning van Eternity C komt na maanden vrij, zo beloven de Houthi's

In dit artikel:

Negen Filipijnse matrozen van het vrachtschip Eternity C worden naar verwachting binnenkort vrijgelaten, maakte de Filipijnse overheid bekend op dinsdag 2 december. Het bulkschip, onder Liberiaanse vlag en geëxploiteerd door een Grieks bedrijf, werd op 7 juli in de Rode Zee aangevallen met onbemande vaartuigen en raketten; na een tweede aanval zonk het op 9 juli.

De Eternity C mat 186 meter en had 25 opvarenden: 22 bemanningsleden (waarvan 21 Filipijnen en een Russische kapitein) en 3 beveiligers. Bij het zinken kwamen drie bemanningsleden om; hun lichamen konden niet worden geborgen. Tien mensen werden levend uit zee gered (acht Filipijnen en twee bewakers); van één persoon is het lichaam nooit gevonden en wordt aangenomen dat hij is overleden. Elf opvarenden verdwenen en werden later door de Houthi’s getoond in beelden, waarna hun lot langere tijd onduidelijk bleef.

Achter de schermen heeft de Filipijnse regering intensief onderhandeld en dankt Oman voor een bemiddelende rol. De vrij te laten matrozen zouden eerst van Sanaa naar Muscat worden overgebracht en daarna zo snel mogelijk naar de Filipijnen terugkeren; een exacte datum is nog niet bekend. Het is nog onduidelijk wat de situatie is van de Russische kapitein.

Kort geplaatst: de kaping en het zinken van de Eternity C illustreren de aanhoudende gevaren voor scheepvaart in de Rode Zee en de complexe diplomatie die komt kijken bij de vrijlating van gegijzelde bemanningsleden.