Hybride voortstuwing Wärtsilä verlaagt verbruik aanzienlijk
In dit artikel:
Wärtsilä levert vier hybride voortstuwingsinstallaties voor vier 10.700 dwt multipurpose schepen die scheepsbouwer in India voor Vertom Group (Rhoon) bouwt; de schepen gaan varen op de Europe Caribbean Line (ECL). De installatie is ontworpen om brandstofverbruik en CO2-uitstoot substantieel te verminderen en biedt meerdere bedrijfsmodi: diesel-elektrisch, diesel-direct, hybride en kortstondig volledig op batterij.
De kerncomponenten zijn een Wärtsilä 7L25 hoofdmotor (2.415 kW bij maximaal 900 rpm), een 755 kW elektromotor, een lithium-ion batterijpakket en een PTO/PTI-aansluiting op de tandwielkast. Bij lage snelheden (ongeveer 0–6/7 knopen) kan de voortstuwing geheel door de elektromotor gebeuren, waarbij de energie afkomstig is van de dieselgeneratoren; boven die grens wordt automatisch overgeschakeld op diesel-direct via de hoofdmotor. Tussen circa 6 en 11 knopen is de combinatie zeer zuinig: de elektromotor fungeert dan als asgenerator zodat de dieselgeneratoren kunnen worden uitgeschakeld. Bij volledige belasting van de hoofdmotor kan de elektromotor bijgezet worden om het vermogen met ongeveer 25% te verhogen.
De toegepaste Wärtsilä 25-motor, geïntroduceerd op SMM in Hamburg, is volgens de leverancier toekomstbestendig met laag verbruik en geschikt voor langdurig laag belasten; vanaf 25% belasting draait hij in Tier 3-mode met katalysator, wat operationele flexibiliteit oplevert.
Ook het achterschip en de appendages zijn geoptimaliseerd met CFD-berekeningen; dat leidde tot aangepaste profielen van roer, straalbuis en schroef, lagere weerstand en dus minder benodigd vermogen. De schepen krijgen een CPP (verstelbare spoed) propeller gecombineerd met motoren met variabel toerental, wat efficiënter is dan vast toerental omdat toerental en spoed nauwkeurig op snelheid en belasting afgestemd kunnen worden.
Nieuw is het Eco Control-systeem: in plaats van een vaste combinatorcurve gebruikt het een variabele combinatiecurve om toerental en schroefspoed te optimaliseren. Op de brug kan het systeem worden ingesteld op cruise control (gewilde snelheid) of op minimaal brandstofverbruik per mijl; bij rustige zeeën levert dat aanzienlijke brandstof- en CO2-besparingen op.