Hybrideschip Aasland vlot van stapel bij Royal Bodewes
In dit artikel:
Op 31 oktober werd bij scheepswerf Royal Bodewes in Martenshoek het zelflossende drogeladingschip Aasland te water gelaten. Het is het vierde schip uit een serie hybride nieuwbouwers voor het Noorse Aasen Shipping, na zusterschepen Aasfjell (2021), Aasfoss (2022) en Aasvær (overgedragen in oktober). De tewaterlating trok zoals gebruikelijk veel publiek en leverde een forse plons op.
De Aasland behoort tot het type Royal Bodewes 9300 Hybrid Eco Trader (classificatie RINA). Deze serie is bij Bodewes de grootste qua laadvermogen. Aan dek staat een elektrisch aangedreven graafmachine met een loscapaciteit van 650 ton per uur; die wordt gevoed door een 550 kWh batterijpakket dat via een asgenerator wordt opgeladen. Het batterijsysteem wordt ook tijdens zeevaart ingezet om pitch-rolling te dempen en voor het hotelbedrijf aan boord. Recent won de Aasvær hiervoor de RINA Green Award.
De schepen zijn ontwikkeld samen met opdrachtgever Aasen Shipping en kenmerken zich door alternatieve voortstuwing. Specificaties: ca. 5.700 GT, ruiminhoud circa 400.000 cft, DWT 9.300, lengte over alles 119,95 m, tussen de loodlijnen 118 m, breedte 15,80 m en holte 10,15 m. Motorinstallaties verschillen per schip: Aasfjell en Aasfoss hadden een 2.600 kW Wärtsilä 8L26, terwijl de Aasvær is uitgerust met een 2.200 kW Wärtsilä 6L25 op een verstelbare schroef in een straalbuis, goed voor ongeveer 12 knopen.
Royal Bodewes levert de serie met een interval van vier maanden; nog twee schepen volgen. De Aasland biedt slaapplaats aan 11 bemanningsleden, heeft thuishaven Madeira en wordt eind januari 2026 naar de Eemshaven gesleept. Na proefvaarten op de Eems zal het schip officieel worden overgedragen.
Deze nieuwe generatie hybride drogeladingschepen illustreert de verschuiving in de scheepvaart richting lagere emissies en grotere elektrische capaciteiten, waarbij conventionele dieselkracht wordt gecombineerd met batterij-ondersteuning en efficiëntere voortstuwingsoplossingen.