Kwart kleine schepen verdwenen afgelopen tien jaar
In dit artikel:
De kleinere binnenvaartschepen verdwijnen zichtbaar van de rivieren. Uit een marktanalyse van de Centrale Commissie voor de Rijnvaart (CCR) blijkt dat in de afgelopen tien jaar ongeveer een kwart van de drogeladingschepen tot 1.000 ton is verdwenen: waar in 2014 nog meer dan 3.300 van zulke schepen vaarden, zijn dat er nu iets meer dan 2.500. Voor het eerst werd in 2024 bovendien geen enkel nieuw drogeladingschip onder de 2.000 ton opgeleverd.
De CCR wijst op het nijpende tekort aan schippers en het ontbreken van schaalvoordelen voor kleine schepen als belangrijke oorzaken. De Algemeene Schippers Vereeniging (ASV) benadrukt daarnaast dat de onzekerheid over toekomstige CCR-eisen schippers en eigenaren afschrikt; de CCR onderzoekt wel een mogelijke ontheffing, maar details ontbreken nog. In de afgelopen vijf jaar kwamen er gemiddeld bijna tien schepen tot 1.000 ton per jaar bij; in 2024 was dat nul. Het aantal schepen in het betreffende segment daalde met circa 13% tot bijna 1.800 exemplaren. Ook kleine tankers (tot 2.000 ton) krompen hard, met ongeveer 30% tot 606 stuks.
Tegelijk groeit de vloot van grotere schepen. Vooral in de tankvaart werden veel grotere nieuwbouwschepen afgeleverd: meer dan de helft van de 38 nieuwgebouwde tankers heeft een laadvermogen boven 4.000 ton. De grootste drogeladingschepen (meer dan 3.000 ton) namen met 27% toe tot 848 stuks. Het totale laadvermogen van de drogeladingvloot bleef vrijwel stabiel rond tien miljoen ton, terwijl dat van de tankvaart sinds 2019 is gegroeid en in 2024 op ongeveer 3,7 miljoen ton uitkwam. De CCR voorspelt dat de krimp van kleine schepen op korte termijn zal doorgaan, maar dat automatisering op langere termijn de daling kan afremmen en het personeelstekort kan verlichten.