Spanje redt bemanning van achtergelaten schip op drift
In dit artikel:
De bemanning van de Marine I, een 105 meter lang schip uit 1994 dat onder Panamese vlag voer, is op donderdag 27 november door de havendienst van Málaga gered nadat het tien dagen op drift lag in de Straat van Gibraltar. Aan boord was al enkele dagen geen drinkwater, voedsel of brandstof meer; de eigenaren waren onbereikbaar. De International Transport Workers’ Federation (ITF) bracht de erbarmelijke situatie onder de aandacht van hulpdiensten.
Na overleg tussen Spaanse en Marokkaanse havendiensten werd besloten het vaartuig naar Málaga te slepen. De sleepboot Luz De Mar kwam donderdagavond rond middernacht aan en voerde de berging uit. De Marine I (IMO 9007001) telt 17 bemanningsleden uit Azerbeidzjan, Egypte, Ghana, Montenegro, Nigeria en Oekraïne; volgens de ITF hadden zij recht op twee maanden achterstallig loon. De eigenaar is in de Verenigde Arabische Emiraten gevestigd en beheert ook het schip Sundry (IMO 9045651). Spaanse autoriteiten willen de sleepkosten en liggeld op de eigenaar verhalen.
Volgens de ITF gaat het inmiddels beter met de bemanning, maar repatriëringsplannen zijn nog onbekend. De zaak illustreert een breder probleem: veel verlaten schepen varen onder goedkope vlaggen (Flags of Convenience), voornamelijk Panama, en landen die de Maritime Labour Convention niet hebben geratificeerd bieden minder bescherming voor bemanningsleden.