Zo sleepte Sliedrechts baggerbedrijf Nieuw-Zeelandse miljoenenorders binnen
In dit artikel:
Het Sliedrechtse Baggerbedrijf De Boer (handelsnaam Dutch Dredging) heeft eind augustus twee grote opdrachten in Nieuw-Zeeland binnengehaald voor in totaal circa €63 miljoen: een verlengd onderhoudscontract van €33 miljoen voor meerdere havens (Tauranga, Timaru, Taranaki, Lyttelton, Gisborne en Nelson) en een aparte opdracht van €30 miljoen voor het uitdiepen van de vaargeulen in het havengebied van Tauranga. Het onderhoudscontract loopt voort tot 2037; het verdiepen van de toegangen in Tauranga wordt met sleephopperzuiger Elbe binnen ongeveer een jaar uitgevoerd.
De opdrachten zijn het resultaat van jarenlange contacten en bewezen prestaties in Nieuw-Zeeland. Directeur Kees van de Graaf wijst op het belang van langdurige relaties en een concurrerende prijs-kwaliteitverhouding: voor het verdiepingswerk was Dutch Dredging de voordeligste inschrijver, terwijl het verlengen van het onderhoudsprogramma het resultaat is van opgebouwde vertrouwen en een lang aanbestedingsproces (de eerdere gunning dateert van 2016). Een oud-collega die inmiddels weer bij het bedrijf werkt, Ron Heijkoop, speelde een cruciale rol door de klus aan te dragen nadat zijn toenmalige werkgever in Nieuw-Zeeland zich terugtrok.
Operationeel legt Van de Graaf uit dat het werk vooral gericht is op het toegankelijk houden van havens: "wij zijn net als de schoonmakers op kantoor" — onzichtbaar maar essentieel. De uitdieping in Tauranga moet grotere schepen toelaten, wat logistiek en milieutechnisch voordeel biedt doordat minder vaarten nodig zijn per vervoerde lading. Tijdens de werkzaamheden blijft het scheepvaartverkeer volgens planning doorgaan; Dutch Dredging werkt met relatief compacte schepen die makkelijk tussen het verkeer manoeuvreren en zo hinder beperken.
Enkele praktische wijzigingen: het onderhoud van Napier is verloren, maar daarvoor kwamen Gisborne en Nelson erbij. De aanwezigheid van een alternatief baggerschip in Nieuw-Zeeland wordt gezien als nuttige back-up voor hun eigen sleephopperzuiger Albatros. Van de Graaf benadrukt dat de markt in Nieuw-Zeeland klein is en dat er nauwelijks lokale baggerbedrijven zijn, al hadden ook andere internationale partijen interesse.
Baggerbedrijf De Boer is een familiebedrijf met ongeveer 280 medewerkers; Kees nam het zo’n acht jaar geleden over van zijn vader en runt het bedrijf samen met zijn broer Hugo. Het bedrijf werkt ook in Europese en overzeese havens (onder meer Harlingen, Duinkerken, Hamburg, Frans-Guyana, Suriname en Egypte). Groei staat niet voorop als primaire drijfveer; plezier in het werk en het behoud van familiekarakter wel. Met deze twee deals verstevigt Dutch Dredging haar positie op de Nieuw-Zeelandse markt en verzekert ze jarenlange werkzaamheden ver weg van huis.